[vc_row type=”in_container” full_screen_row_position=”middle” scene_position=”center” text_color=”dark” text_align=”left” overlay_strength=”0.3″ shape_divider_position=”bottom” bg_image_animation=”none” shape_type=””][vc_column column_padding=”no-extra-padding” column_padding_position=”all” background_color_opacity=”1″ background_hover_color_opacity=”1″ column_link_target=”_self” column_shadow=”none” column_border_radius=”none” width=”1/1″ tablet_width_inherit=”default” tablet_text_alignment=”default” phone_text_alignment=”default” column_border_width=”none” column_border_style=”solid” bg_image_animation=”none”][vc_custom_heading text=”Door Irene” font_container=”tag:h6|font_size:14|text_align:left|color:%23a5c5cf” use_theme_fonts=”yes”][vc_column_text]
In Athene aten we bij een Italiaans restaurant orzo met tomaatjes en scamorza, een Italiaans gerookt kaasje. Het was heerlijk en bij thuiskomst wilden we het graag namaken. Helaas konden we scamorza nergens vinden en Google leerde ons dat de Nederlandse rookkaas enigszins in de buurt komt. Rookkaas? Van die smerige ronde plakken kaas die er uit zien als plastic en ruiken naar oude tupperware bakjes? Anyway, we kochten de rookkaas toch en maakten Orzo met geroosterde tomaatjes én rookkaas. Blij verrast!
[/vc_column_text]
- 250 gram orzo (soms ook wel risone genoemd)
- 1 blikje tomatenpuree
- 1 ui
- 2 blokjes bouillon
- 1 teen knoflook
- 1 theelepel oregano
- Mespunt chili flakes
- 3 rijpe tomaten
- 1 aubergine
- 1 courgette
- 1 eetlepel crème fraîche
- 3 plakjes rookkaas (of scamorza)
- 4 takjes kleine trostomaatjes
[/vc_column_text][/vc_column_inner][vc_column_inner column_padding=”no-extra-padding” column_padding_position=”all” background_color_opacity=”1″ background_hover_color_opacity=”1″ column_shadow=”none” column_border_radius=”none” column_link_target=”_self” width=”1/3″ tablet_width_inherit=”default” column_border_width=”none” column_border_style=”solid” bg_image_animation=”none”][/vc_column_inner][vc_column_inner column_padding=”no-extra-padding” column_padding_position=”all” background_color_opacity=”1″ background_hover_color_opacity=”1″ column_shadow=”none” column_border_radius=”none” column_link_target=”_self” width=”1/3″ tablet_width_inherit=”default” column_border_width=”none” column_border_style=”solid” bg_image_animation=”none”][/vc_column_inner][/vc_row_inner]
Snipper de ui fijn en pers de knoflookteen. Fruit dit aan in dezelfde koekenpan met een beetje olijfolie. Voeg een blikje tomatenpuree toe en bak dit 2 minuten mee. Voeg dan de orzo toe en voeg beetje bij beetje gekookt water toe zoals je ook bij risotto doet. Kruimel twee blokjes bouillon in de orzo en roer de oregano er door heen. Snijd de tomaten fijn en voeg ook toe. Blijf de orzo goed roeren en proef tussendoor of de orzo gaar is en voeg zo nodig meer kokend water toe. De orzo is na 7 a 10 minuten koken gaar.
Rooster ondertussen de kleine trostomaatjes aan het takje in de oven op 220 graden voor zo’n 10 minuten. Maak de orzo af door 3 plakjes rookkaas er door heen te roeren. Roer ¾ van de aubergine en courgette door de orzo samen met een lepel crème fraîche en de chili flakes. Maak op smaak met zwarte peper. Als de orzo te plakkerig is voeg dan nog een scheutje water toe.
Serveer de orzo in diepe pasta borden en strooi de overige aubergine en courgette blokjes over de orzo. Top af met geroosterde trostomaatjes. [/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]